Netwerk

In deze wereld waarin duurzaamheid, waaronder Natuurinclusieve Landbouw in het domein voedselzekerheid en landschap- en stadbeheer is de rol van agrariërs en groenbeheerders cruciaal. Hun kennis, innovatiekracht ervaring en ondernemerschap vormen de basis voor een gezonde duurzame groene sector.

Over het practoraat

Inhoudsopgave

Practor Ine Sturkenboom heeft zich afgelopen jaren bij Terra MBO ingezet voor het Practoraat Natuurinclusieve landbouw & Ondernemend leren. Op deze website vind je de resultaten en producten van dit practoraat.

Samenwerking

Hierbij staan zij en de aankomende jonge generatie voor grote uitdagingen zoals de behoefte aan biodiversiteit, schaalvergroting, technologische ontwikkelingen en de toenemende eisen op het gebied van milieu en klimaat. Tegelijkertijd is het groene domein een enorme sector met een ontzettende impact en enorme kansen. Denk alleen al het areaal over de wereld dat met planten (incl. waterplanten) CO2 kan binden.

Het aangaan van samenwerkingen tussen agrariërs onderling, evenals grotere netwerken en ketenpartners is dan ook essentieel om deze kansen en uitdagingen aan te gaan. Samenwerking toegang tot meer kennis, efficiëntie in middelen(gebruik) en afzetmogelijkheden en versterkt ook de positie innovatie van het groene domein.Door het verbinden van kleinere bedrijven met grotere netwerken ontstaan er unieke synergieën, waarbij innovatieve oplossingen worden versneld en de duurzaamheid van productieprocessen verbeterd. In deze context kijken we naar de voordelen, succesfactoren en uitdagingen van samenwerken in de agrarische sector en wat dit betekent voor de toekomst van onze biodiversiteit, voedselvoorziening en klimaat.

Vandaar ook een rol als practor en een practoraat. Door het deelnemen in netwerken, deze met elkaar en aan onderwijs (initieel, LLO, bijscholing etc.) is er een snellere en grotere kennisbenutting, leren we in een wereld waar geen vaste antwoorden zijn maar waar we onderzoekend leren in de beste opties, nemen we lerenden meenemen in innovatief denken en krijgen we een groter potentieel in ons onderwijs-gevend kapitaal.

Eerst doe ik een poging alle betrokken agrarische bedrijven te schetsen en zo te bedanken waar we als practoraat vanuit Terra mee samengewerkt en geleerd hebben. Daarna worden programma’s, netwerken en lectoraten benoemd waarmee onderzoek en actie ondernomen is om kennis omtrent natuurinclusieve landbouw zo maximaal mogelijk te ontwikkelen en verspreiden.

Dank aan alle (agrarische) bedrijven waarmee we samengewerkt hebben

Studenten en docenten hebben samengewerkt en onderzoek gedaan in NIL met vele (agrarische) bedrijven. Vanwege privacyoverwegingen en omdat de groep zo groot is, kunnen we helaas niet alle bedrijven vermelden.

Omdat we toch de omvang van leertrajecten willen schetsen, hebben we een lijst gemaakt van samenwerkingsprojecten op het gebied van NIL die bij het practoraat in beeld zijn. Daarnaast is er (en gelukkig gebeurt er ook nog veel) een groeiend natuurinclusief initiatief vanuit studenten en docenten binnen DCTerra dat niet direct verbonden is met het practoraat.

  • In de omgeving van Terra Emmen zijn meerdere bedrijven en burgers betrokken geweest bij projecten rondom natuurinclusieve landbouw. Denk hierbij aan onderwerpen zoals: hoe kunnen we het vee beschermen tegen de wolf, ecologisch bermbeheer, onkruiddruk vanuit een kruidenrijke berm, biologische landbouw, omschakeling naar natuurinclusief, etc. Zie hiervoor ook projecten met studenten (onderzoeksprojecten).
  • In de omgeving van Terra Meppel is via de Gebiedscoöperatie Zuidwest Drenthe (GCZWD) actief met natuurinclusieve landbouw gewerkt met 24 ondernemers om natuurinclusieve maatregelen toe te passen. Daarnaast zijn er diverse activiteiten geweest waarbij de school zelf betrokken is geweest met onderzoeken van biodiverse maatregelen en er is samengewerkt met ecologen. Zie hiervoor ook projecten met studenten (onderzoeksprojecten).
  • In de omgeving van Groningen zijn studenten en docenten samen gaan leren over NIL met onderwerpen als druppelirrigatie in strokenteelt, bescherming tegen de wolf, regeneratieve landbouw, bouwplanverbreding, precisietechnieken om minder middelen te gebruiken, kruidenrijk grasland, gebiedsgerichte activiteiten, etc. Zie hiervoor ook projecten met studenten (onderzoeksprojecten).
  • Via de regiodeal natuurinclusieve landbouw (en een gedeelte overlapt elkaar) heeft het onderwijs samengewerkt met het (agrarische) bedrijfsleven door studenten te koppelen aan bijvoorbeeld boerenexperimenten.

Met behulp van stageverslagen en optimalisatieplannen hebben studenten van Terra samen met de bedrijven nagedacht over verduurzaming van (agrarische) bedrijven. Er zijn leertrajecten waarbij studenten met hun BPV-bedrijven kijken naar de duurzame mogelijkheden in de toekomst van het bedrijf en er zijn stappen genomen in het curriculum van de studenten in verband met wijzigingen in het kwalificatiedossier en keuzevakken.

Veel was er mogelijk te organiseren vanuit netwerken en programma’s waar het practoraat bij aangesloten was, met betrekking tot op te pakken vraagstukken en financiële mogelijkheden hierin. Deze programma’s en netwerken worden hieronder beschreven.

Grote dank aan iedereen. Trots op de bereidheid gezamenlijk te leren.

Samenwerking Regiodeal Natuurinclusieve Landbouw

De Regio Deal Natuurinclusieve Landbouw (NIL) is een samenwerkingsverband tussen het Rijk en de drie noordelijke provincies Groningen, Fryslân en Drenthe. Het samenwerkingsverband is gericht op de transitie naar een landbouwsysteem dat zowel voedsel produceert als de natuurlijke omgeving versterkt. Deze deal, gestart eind 2019 en met een looptijd tot eind 2024, heeft als doel natuurinclusieve landbouw te bevorderen door biodiversiteit, bodemkwaliteit, leefbaarheid en het landschap te verbeteren, waarbij Noord Nederland gepositioneerd wordt in een vitaal platteland waarbij landbouw en natuur in balans zijn en elkaar versterken.

Bij de start van het programma hebben acht karakteristieke gebieden in Noord Nederland streefbeelden opgesteld die vervolgens vertaald zijn in actieplannen. Deze gebieden zijn: Schiermonnikoog, Noordelijke kleischil, Oldambt, Westerwolde, Veenkoloniën, Drents Plateau, Friese Veenweide en Friese Kleiweide. In elk gebied is samengewerkt met agrariërs, landbouw- en natuurorganisaties, inwoners, maatschappelijke organisaties en kennisinstellingen om natuurinclusieve landbouw te realiseren die past bij de specifieke kenmerken van het gebied.

Hiertoe zijn diverse projecten en initiatieven zoals boerenexperimenten gestart. Ook zijn er instrumenten gemaakt (mooi als onderwijsmateriaal) zoals een biodiversiteitsmonitor.

Terra is op verschillende manieren deelgenoot (geweest) in het programma:

  • Het practoraat NIL en OL was vanuit Terra deelgenoot in het kennisconsortium. Het kennisconsortium, bestaande uit RUG, WUR, Hogeschool Van Hall Larenstein, Terra mbo, Aeres mbo Leeuwarden, Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw en Kadaster, had als doel bestaande kennis optimaal te gebruiken, nieuwe kennis te delen, te borgen en te monitoren en studenten op te leiden.
  • Het practoraat was hierbij aanspreekpunt voor het gebied Drents Plateau.
  • Het practoraat heeft studenten gekoppeld aan diverse projecten in Veenkoloniën, Oldambt, Westerwolde en Drents Plateau. Regioleren en KIEM NIL waren een goede koppeling.
  • Het practoraat heeft met VHL en Aeres Leeuwarden diverse professionaliseringsdagen georganiseerd voor docenten in het Noorden (incl. Vonk en Zone). Onderwerpen die aan de orde kwamen waren o.a. CO2 opdracht 2030, biodiversiteitsmonitor lespakket en monitor, onderzoek AgroAgenda, regeneratieve landbouw in beeld en cijfers, peilirrigatie, druppelirrigatie, Kader Richtlijnwater, beheer en kwaliteit water, etc.
  • In samenwerking met Van Hall Larenstein, Aeres Leeuwarden en Terra MBO zijn natuurinclusieve posters gemaakt.

Het practoraat heeft overzicht gemaakt, onderzoek gestart uit documenten (in samenwerking met VHL) en rapportages gemaakt om NIL-maatregelen, specifiek passend bij kenmerken van het gebied, na de looptijd van het programma opgesteld en voor drie gebieden gevuld. Hiervan zijn posters gemaakt, in de gebieden aangeboden via veldpost.

Samenwerking Green Deal Natuurinclusieve Landbouw Groen Onderwijs

De Green Deal Natuurinclusieve Landbouw (NIL) Groen Onderwijs (GO) heeft als doel natuurinclusieve landbouw stevig te verankeren in het groene onderwijs zodat toekomstige agrarische professionals worden opgeleid met aandacht voor ecologische duurzaamheid en biodiversiteit.

De eerste fase van de Green Deal startte in 2019. Vanaf toen werd er lesmateriaal gemaakt en werd het portaal Natuurinclusieve landbouw gemaakt op Groen Kennis Net. Er werden netwerkbijeenkomsten georganiseerd, landelijke onderwijsdagen georganiseerd en werd er een begin gemaakt van demo-leerbedrijven. Terra was vanaf het begin betrokken bij de Green Deal NIL Groen Onderwijs.

Op 16 mei 2022 werd de tweede fase van de Green Deal ondertekend door minister Staghouwer van LNV en 24 partners. In deze tweede fase ligt de focus op het verder ontwikkelen en delen van leermaterialen, praktijkkennis, het opnemen van natuurinclusief denken en handelen in curricula, kwalificatiedossiers en eindtermen van alle voor de landbouw relevante groene opleidingen en het uitbreiden van het netwerk van demo-leerbedrijven.

De Green Deal NIL GO speelt een cruciale rol in het bevorderen van een duurzame en NIL-benadering binnen de agrarische sector. Dit door onderwijs en praktijk nauw met elkaar te verbinden.

Samenwerking Collectief Natuurinclusief

De Green Deal NIL GO en het practoraat NIL-OL zijn betrokken bij het Collectief Natuurinclusief. Het Collectief Natuurinclusief is een groep van groene koplopers van bedrijven, maatschappelijke organisaties, scholen, kennisinstellingen, jongeren en overheden, die sinds 2021 samenwerken om de beweging naar een natuurinclusieve samenleving te versterken en versnellen. Hoewel het collectief de natuurinclusiviteit op meerdere domeinen stimuleert, waaronder het domein landbouw, zijn de Green Deal en het practoraat vooral betrokken bij het domein onderwijs.

Het domein onderwijs heeft als visie: ‘Natuurinclusief onderwijs neemt het leven, samenleven en de wereld als vertrekpunt voor onderwijzen en leren. De ontwikkeling van een natuurinclusieve grondhouding in het onderwijs biedt vruchtbare grond voor een duurzame ontwikkeling in de samenleving’. Domein onderwijs heeft meerdere werkgroepen en het practoraat/Green Deal NIL heeft een actieve rol in de werkgroep “Onderwijs voor een natuurinclusieve arbeidsmarkt”.

Deze werkgroep heeft de ambitie dat eind 2026 onderwijs, arbeidsmarkt en overheden nauwer samenwerken om natuurinclusiviteit in het vervolgonderwijs te verankeren. Hierdoor ontwikkelen aanstaande professionals de competenties die nodig zijn om de transitie naar een NIL-samenleving te realiseren. De werkgroep is op 5 september gestart. We zijn begonnen met het ophalen van inspirerende verhalen bij de arbeidsmarkt om zo uiteindelijk handvatten mee te kunnen geven aan pro, mbo, hbo en wo-onderwijs. Wat we nu (nog meer) doen, wie er allemaal bij betrokken zijn en info over de andere domeinen is te vinden op: Collectief Natuurinclusief Onderwijs.

Samenwerking Groenpact

Groenpact is een samenwerkingsverband in Nederland waarin onderwijsinstellingen, het bedrijfsleven en de overheid de krachten bundelen om het groene kennis- en innovatiesysteem te versterken. Het doel is om gezamenlijk oplossingen te vinden voor grote uitdagingen op het gebied van klimaat, natuur en water, zowel in landelijke als stedelijke gebieden.

In het netwerk van Groenpact werken meerdere 80 partijen samen, waaronder (v)mbo, hbo en universitaire instellingen. Deze samenwerkingen richten zich op innovatie, arbeidsmarkt, internationalisering, cross-overs, een leven lang ontwikkelen en arbeidsmarkt. Hierbij is er bijzondere aandacht voor het stimuleren van praktijkgericht onderzoek en groen ondernemerschap, waarbij de gedachte is dat kennis en vaardigheden van daaruit bijdragen aan complexe vraagstukken als duurzaamheid, voedselzekerheid en kwaliteit van leven.

De connectie met Groenpact is via meerdere werkzaamheden/verbindingen:

  • Terra, als een van de groene (v)mbo’s, is uiteraard onderdeel van het netwerk. Terra participeert bij de CIV’s, versnellingsprogramma internationalisering en heeft in verschillende mate maar wel met alle versnellingsprogramma’s activiteiten. De overige versnellingsprogramma’s zijn namelijk Groen Ondernemen, Digitalisering en Technologie, arbeidsmarkt en kennisdelen.
  • Daarbij levert Terra via het practoraat ook bijdragen in verhalen, o.a. over multifunctionele landbouw in Drenthe.
  • Terra en het practoraat NIL en OL zijn vanwege de rol als programmamanager van de Green Deal NIL Groen Onderwijs verbonden aangezien de Green Deal een praktijkarrangement is van het Groenpact. De practor is dan ook onderdeel van het Groenpact kernteam.
    Het practoraat is niet alleen programmamanager maar heeft ook geparticipeerd in Kennis op Maat (KoM) trajecten. De KoM trajecten biodiversiteit en kringlooplandbouw voor melkveehouderij vmbo en mbo N2N3N4, biodiversiteit en kringlooplandbouw open teelten, Faunabeheer in de praktijk (v)mbo en mbo. Deze materialen zijn te vinden op blauwgroen lespakket. waarbij nu ook het pakket van biodiversiteit vertaald wordt in het Engels.
  • Alle kennis opgedaan, ontwikkeld en nog op te pakken wordt gedeeld op Groen Kennisnet, ook als partner van Groenpact.
  • Als groene practoraat en dus onderdeel van de practoraten binnen Groenpact is ook de taak opgepakt vanuit Groenpact om binnen groen onderwijs een coördinerende taak op te pakken met het programma RE-GE-NL. Dit maakt tegelijkertijd een uitstekende connectie met het practoraat Regeneratief (rent)Meesterschap.

Samenwerking Gebiedscoöperatie Zuidwest Drenthe (GCZWD)

De GCZWD is een netwerkorganisatie die onderwijs, overheden, (agrarische) ondernemers en omwonenden in de regio Zuidwest Drenthe met elkaar verbindt. Dit om innovaties te initiëren, aan te jagen en leefbaarheid in het gebied te bevorderen. De GCZWD richt zich op verschillende thema’s, waaronder de landbouwontwikkeling en de energietransitie. Zo hebben zij ook als een van de acht gebieden in de regiodeal het streefbeeld van het Drents Plateau samengesteld, hebben het project natuurinclusieve landbouw gestart, doen veel in de boer-burger beweging en zijn gestart met “Drenthe als pionier in de regeneratieve landbouw”, etc. GCZWD werkt met verschillende partners samen, waaronder waterschappen, gemeenten, provincie, natuurorganisaties en onderwijs.

Samen met GCZWD is het onderzoek “Ondernemende waardecreatie natuurinclusieve landbouw in onderwijs en bedrijfsleven” opgepakt. Het onderzoek richtte zich op het zichtbaar maken en ondersteunen van ondernemend gedrag van mbo-studenten Terra. Studenten van Terra mbo, die breed ondernemerschapsonderwijs als pedagogisch didactisch model in hun onderwijs hebben, werden gekoppeld aan 24 ondernemers en hun samenwerkende partijen (waaronder ook een ecoloog) die gezamenlijk natuurinclusieve stappen op het bedrijf maakten. Hierbij werd met Situational Judgement Tests het ondernemende gedrag gemonitord t.a.v. NIL. Hierbij werd ook gekeken of deze methode werkt om een mogelijke borging te verzorgen in onderwijs dat niet getest kan worden met conventionele methoden.

Op dit moment werkt GCZWD met het practoraat NIL en OL en het lectoraat “Gebiedsgerichte Transities naar Kringloop Landbouw (VHL)” samen aan het onderzoeksproject “Duurzaam leren en innoveren”. Het voornaamste doel van dit project is het ontwikkelen van een LLO-ontwerp dat specifiek is afgestemd op de behoefte van de agrarische sector in de overgang naar duurzamere landbouwpraktijken met specifieke aandacht voor de grondstoffentransitie in en met de samenwerking met natuur(gebieden). Het LLO-ontwerp zal zich richten op het gezamenlijk leren in actuele vraagstukken en uitdagingen op het gebied van bodem, water en duurzame energie, specifiek voor het gebied Zuidwest Drenthe en de kop van Overijssel.

Samenwerking Practoraat/ Lectoraten

Een practoraat werkt samen met een lectoraat omdat beide elkaar aanvullen en versterken binnen het beroepsonderwijs. Het leidt tot een betere integratie van kennisontwikkeling en kennisoverdracht, versterkt de kwaliteit van het onderwijs, en zorgt ervoor dat het beroepsonderwijs beter aansluit op de arbeidsmarkt.

De samenwerking met lectoraten biedt de volgende kansen:

Complementaire Expertise: Lectoraten richten zich vaak op wetenschappelijk onderzoek en ontwikkelen kennis op een hoger, theoretisch niveau. Practoraten zijn meer praktijkgericht en richten zich op het ontwikkelen en toepassen van kennis in samenwerking met de beroepspraktijk. Door samen te werken kunnen theoretische inzichten (uit het lectoraat) en praktische toepassingen (uit het practoraat) beter op elkaar worden afgestemd.

Kennisdeling en Innovatie: Door samen te werken kunnen lectoraten en practoraten elkaar inspireren en gezamenlijk nieuwe oplossingen ontwikkelen voor vraagstukken in het werkveld. De kennis die lectoraten ontwikkelen kan door practoraten in de praktijk worden getest en aangepast, wat leidt tot een effectievere implementatie van innovaties in de beroepspraktijk.

Onderwijs en Praktijk Verbinden: Beide dragen bij aan de versterking van het onderwijs en de aansluiting met de praktijk. Lectoraten kunnen zorgen voor verdieping in het onderwijs door wetenschappelijke kennis in te brengen, terwijl practoraten studenten helpen om deze kennis direct in praktijk te brengen.

Netwerk en Samenwerking met het Werkveld: Practoraten werken vaak intensief samen met bedrijven en organisaties in de regio, terwijl lectoraten een bredere focus kunnen hebben op zowel nationale als internationale samenwerking. Door samen te werken, kunnen practoraten en lectoraten hun netwerken combineren en de impact van hun onderzoek en onderwijs vergroten.

Effectiviteit in Onderzoeksprojecten: Een gezamenlijke aanpak zorgt ervoor dat onderzoekstrajecten efficiënter worden uitgevoerd. Practoraten kunnen feedback uit de praktijk terugkoppelen aan lectoraten, waardoor onderzoeksprojecten relevanter en beter afgestemd worden op de behoeften van de beroepspraktijk. Daarnaast kunnen lectoraten de practoraten ondersteunen in het doen van gevaloriseerd en betrouwbaar onderzoek.

Het practoraat werkt samen en heeft samengewerkt met;