Project

GLB Pilot: Markemodel

Bron foto: Maksym Belchenko (iStock)
Samenvatting
  • Projectstatus
    Lopend
  • Looptijd
  • Regio
    Nederland
  • Thema
    Beloningen voor de thema’s Lucht, Water en Land(gebruik)
  • Projectregeling
    EIP
Meer informatie
Nu klimaatdoelen, stikstof en achteruitgang van biodiversiteit maatschappelijk steeds urgenter worden, is er behoefte aan perspectief voor boeren. Verschillende maatschappelijke vraagstukken rond natuur, landschap, gezondheid, klimaat, leefomgeving en dierwelzijn raken de bedrijfsvoering van de boer en tuinder. Voor begrip, strategische ontwikkelruimte en gezamenlijke antwoorden is een goede dialoog tussen de ondernemer en partijen in zijn omgeving van belang. Het Markemodel is een aanpak om hier invulling aan te geven.

Het Gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) 2023-2027 wil toekomstbestendig boeren mogelijk maken, natuur versterken en bijdragen aan een leefbaar platteland. Het beloont daarom agrariërs en plattelandsinitiatieven die bijdragen aan verbetering van klimaat en leefomgeving en vernieuwing van landbouwketen en -producten. Het GLB is één van de grootste posten op de Europese begroting. Jaarlijks komt er ongeveer 800 miljoen aan Europees geld richting Nederland om de landbouw en het

platteland te ondersteunen en te ontwikkelen. Het geld wordt verdeeld over twee pijlers: de eerste pijler bevat o.a. de basispremie en eco-regeling, de tweede pijler bevat het agrarisch natuur- en landschapsbeheer en bedrijfsinvesteringen. Door heel Nederland, zijn er pilots uitgevoerd, om te onderzoeken hoe het nieuwe GLB aansluit bij de praktijk.

Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat deze video niet getoond kan worden. Vink marketing aan in uw cookie-instellingen en ververs deze pagina om de video te tonen.
Het Markemodel in de praktijk

Bron: VALA

GLB-pilot: Markemodel

Aanpak

De volgende activiteiten worden uitgevoerd:

  • Toetsing in de praktijk van het ontwikkelde model in een uitvoeringsgerichte pilot in (delen van) LNV-Innovatieregio Achterhoek. Gaat het model in de praktijk als systeem functioneren zoals beoogd en beschreven?
  • Het onderzoeken hoe de regels van de Europese doelen (Nitraatrichtlijn, Kaderrichtlijn water, Klimaatakkoord) en maatschappelijke doelen op het gebied van natuur, landschap en biodiversiteit etc.) in dit model passen;
  • Inzicht verkrijgen in organisatorische en uitvoeringstechnische hindernissen en belemmerende regelgeving.
    Reduceren van uitvoeringskosten (controle e.d.) en vergroten van de effectiviteit van het halen van doelen voor integrale omgevingskwaliteit.
  • Wetenschappelijke analyse van het model en de implementatie, inclusief aanbevelingen voor optimalisatie door kennisinstellingen als WUR e.a.
  • Vergroten motivatie, verantwoordelijkheidsbesef en bedrijfsbelang in het nieuwe netwerk (Markemodel);
  • Testen en doorontwikkelen van de bij het model behorende protocollen en formats.
  • Inzicht in doelrealisatie, deelname bereidheid van boeren en Markeraad-partijen, de sturings- en veranderkracht van het model en mogelijke averechtse effecten of risico’s.
  • Het ontwikkelen van een plan en aanbevelingen voor het verder landelijk introduceren van het Markemodel.Ontwikkelen van een voldoende krachtig beloningsmodel in een netwerk van overheden en ketenpartijen die complementair is aan de basisvergoeding.

    Resultaat

    In het Markemodel werken boeren regionaal samen, onderling en met ketenpartijen en overheden, voor minder operationele regels en meer sturing op doelen. Ze krijgen dan meer waardering/beloningen invloed op de planvorming voor hun regio. Het Markemodel is een nieuw regionaal, horizontaal netwerksturingsmodel dat het oude gesegmenteerde top-downmodelmodel (van overheid naar boer) vervangt en waarbij er voor de boeren naast hun reguliere basispremie een complementair verdienmodel mogelijk is voor hun bovenwettelijke prestaties bij toepassing van natuurinclusieve landbouw en/of Kringlooplandbouw. Het geborgde systeem rust op de pijlers: gedeelde belangen en gedeelde verantwoordelijkheden en een gebiedsdialoog tussen sturende partijen en gestuurden (de boeren).

    Bronnen

    (9)