Nieuws

Waar gaat het mis voor de grutto?

Grutto
Bron foto: Gertjan Hooijer, Shutterstock
Samenvatting
  • Onderwerp
    Grutto
  • Interessant voor
    Akkerbouwers, natuurinclusieve landbouw
Bekijk de bronnen
Aan bescherming van de grutto gaven we in 2020 acht keer meer geld uit dan in 2001. En toch is het aantal grutto-broedparen in die twintig jaar gehalveerd. Dat komt doordat in veel kansrijke gruttogebieden geen beschermingsmaatregelen worden uitgevoerd. En dat de maatregelen met het meeste effect het minst worden ingezet.

Zes jaar geleden koos het Nederlandse publiek via een verkiezing de grutto tot onze nationale vogel. En met goede reden: ongeveer de helft van alle grutto’s in de wereld broedt in Nederland. Van de Europese populatie is dat maar liefst 85%. Ons land is daarmee een belangrijke speler als het gaat om behoud van deze weidevogel. Maar het aantal broedparen in ons land holt achteruit.

Feiten op een rij

In 2001 telde Nederland ongeveer 60.000 broedende gruttoparen. In 2020 is dit aantal gedaald naar minder dan 30.000 broedparen.

In dezelfde periode stegen subsidies ter bescherming van weidevogels fors. In 2001 werd er € 4,2 miljoen euro aan subsidies verstrekt. In 2020 was dat € 33,4 miljoen euro. De subsidies zijn afkomstig van het ministerie van LNV, de Europese Unie en de provincies. Dit alles blijkt uit het onlangs verschenen rapport ‘Waar is de grutto’ van de Algemene Rekenkamer.

Ook het CBS komt met alarmerende cijfers over grondbroeders in open boerenland, waartoe de grutto behoort. Het percentage nesten waarbij minimaal 1 levend jong het nest verlaat, noemt het CBS het nestsucces. Dat nestsucces daalde bij grondbroeders van 60% in 2012 naar 40% in 2019.

Veel kansrijk gebied onbenut

Er zijn verschillende maatregelen om de grutto te beschermen, maar die worden maar beperkt toegepast. Uit het rapport van de Algemene Rekenkamer blijkt dat in 15% van de kansrijke gruttogebieden subsidies zijn uitgekeerd ter bescherming van weidevogels. Dat betekent dat de grutto in een groot deel van zijn leefgebied niet of nauwelijks wordt beschermd.

Effect

Uit het rapport van de Algemene Rekenkamer blijkt ook dat de maatregelen met het meeste effect weinig worden ingezet. Het aanleggen van plas-dras en het verhogen van het waterpeil hebben het meeste effect, concludeert de Algemene Rekenkamer op basis van onderzoeken door Wageningen University and Research (WUR). En juist die maatregelen worden weinig toegepast.

Helaas voor de grutto wordt de minst effectieve maatregel het meest toegepast: legselbeheer vindt plaats op ruim 46.000 ha. Bij legselbeheer worden de nesten van grutto’s en andere grondbroeders gemarkeerd en zo beschermd tegen maai- of bemestingswerkzaamheden. Maar volgens de Algemene Rekenkamer blijkt uit onderzoeken van de WUR dat legselbeheer juist de minst effectieve manier is om de grutto te beschermen.

Vochtig, kruidenrijk grasland

De behoeften van de grutto staan in contrast met de huidige hoogproductieve landbouwgronden in Nederland. Grutto’s hebben behoefte aan vochtige, kruidenrijke percelen met veel insecten, bodemdieren en zaden om te kunnen foerageren. Daarnaast zijn voldoende rust- en schuilmogelijkheden belangrijk, hiervoor is afwisseling van open gedeelten, hoog en laag gras nodig.

De gevolgen van te weinig voeding en schuilplaatsen voor kuikens leidt tot een lager percentage nestsucces. Daarnaast hebben de overlevende jongen door voedseltekort een minder goede conditie. Dat leidt tot een reproductie die te laag is om de gruttopopulatie in stand te houden. 

Het kan wel

Het kan wel: succesvol weidevogelbeheer. Dat vertelt melkveehouder Jelte Bakker uit Ginnum (Fr.) in dit artikel uit VeeteeltGras. Zijn 220 koeien delen het bedrijf met zo’n 200 broedparen van verschillende soorten weidevogels. Bakker heeft zijn graslandbeheer volledig afgestemd op bescherming van de weidevogel. Kruidenrijk grasland, het strooien van ruige mest, legselbeheer en uitgesteld maaien, Bakker doet het allemaal.

Voor al deze maatregelen ontvangt de melkveehouder subsidies, maar de kosten liggen hoger. Het is het Bakker waard: “Ook als ik geen subsidies krijg, zou ik het nog zo doen. Anders haal ik geen plezier uit het boer zijn.”

Wat is nog meer nodig?

Naast uiteenlopende beschermende maatregelen is er volgens Bakker meer nodig. Als eerste: aandacht voor de weidevogel bij de volgende generatie boeren. Bakker ontvangt regelmatig scholieren uit het landbouwonderwijs op zijn bedrijf. “Als ik het ze niet bijbreng, wie dan wel?”

Hij ervaart dat toekomstige boeren niet de meerwaarde zien van al zijn inspanningen voor de weidevogels. Zij vinden zijn gras maar ‘lange rotzooi’. Bakker: “Ze worden groot met efficiënt maaien en hebben amper oog voor weidevogels. Ik vind dat landbouwscholen hier meer aandacht aan moeten geven.”

Daarnaast vindt Bakker dat er meer ingezet moet worden op het vangen van predatoren. Volgens hem moeten verschillende predatoren op de landelijke vrijstellingslijst komen. Het vangen moet dan gebeuren door professioneel predatiebeheer door provincies, vindt Bakker. “Zo hebben we de muskusrat ook onder controle gekregen.”

Bronnen

(3)